Je bekijkt nu Wijziging Regeling compensatie transitievergoeding

Wijziging Regeling compensatie transitievergoeding

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Regeling compensatie transitievergoeding gewijzigd. De wijziging betreft het tijdstip waarop een aanvraag gedaan kan worden voor compensatie voor de transitievergoeding bij bedrijfsbeëindiging wegens pensionering of overlijden van de werkgever. Aanvragen in verband met bedrijfsbeëindiging van de werkgever wegens ziekte of gebreken worden door het UWV niet in behandeling genomen, omdat het betreffende onderdeel in het Burgerlijk Wetboek nog niet in werking is getreden.

De aanvraag kan niet eerder worden gedaan dan nadat de vergoeding in zijn geheel is betaald. Dit geldt voor alle vergoedingen die de werkgever bij bedrijfsbeëindiging wegens pensionering of overlijden wil laten compenseren. De aanvraag moet worden ingediend binnen 12 maanden na de dag waarop het eerste verzoek is ingediend dat heeft geleid tot toestemming voor het ontslag door het UWV of tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de rechter. In het kader van de compensatieaanvraag moet de werkgever voor minimaal één werknemer toestemming ontvangen voor ontslag wegens verval van arbeidsplaatsen in verband met de beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | besluit | nr. 2020-0000126404, Staatscourant 2020 nr. 58202 | 12-11-2020
Je bekijkt nu Wijziging Regeling compensatie transitievergoeding

Wijziging Regeling compensatie transitievergoeding

De Regeling compensatie transitievergoeding is gewijzigd nog voordat deze op 1 april 2020 in werking is getreden. Door vernummering van een wetsartikel in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek moet de grondslag van de Regeling worden aangepast. Dit is gebeurd door deze nieuwe grondslag op te nemen in een nieuw artikel 1 van de Regeling.

Voorts is de beslistermijn voor het UWV voor zogenaamde oude gevallen verlengd tot zes maanden. Oude gevallen zijn die gevallen waarin de arbeidsovereenkomst is beëindigd en de transitievergoeding is betaald voor 1 april 2020 en situaties waarin het opzegverbod tijdens ziekte is verstreken voor 1 april 2020, maar de arbeidsovereenkomst pas na die datum wordt beëindigd. Ook als er een loonsanctie is opgelegd waardoor de arbeidsovereenkomst pas op of na 1 april 2020 kan worden beëindigd of de arbeidsovereenkomst na twee jaar ziekte niet is beëindigd omdat er nog re-integratiemogelijkheden waren, geldt de verlengde beslistermijn van zes maanden.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken | besluit | Staatscourant Nr. 18233 | 07-05-2020