Je bekijkt nu Compensatieregeling transitievergoeding

Compensatieregeling transitievergoeding

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een brief aan de Tweede Kamer een uiteenzetting gegeven van de compensatieregeling voor de transitievergoeding die wordt betaald bij ontbinding van het arbeidscontract bij langdurige arbeidsongeschiktheid van de werknemer. Deze compensatieregeling treedt op 1 april 2020 in werking. De compensatie wordt betaald door het UWV op verzoek van de werkgever en is maximaal gelijk aan de wettelijk verschuldigde en feitelijk betaalde transitievergoeding. Daarnaast kan de compensatie niet hoger zijn dan de transitievergoeding zou hebben bedragen indien het dienstverband zou zijn beëindigd op het moment dat de werknemer twee jaar ziek was. Er wordt dus geen compensatie betaald voor de periode van een opgelegde verlenging van de loondoorbetalingsverplichting of van een slapend dienstverband. Tenslotte bedraagt de compensatie maximaal het tijdens twee jaar ziekte betaalde loon. De minister heeft in overleg met het UWV besloten om deze laatste begrenzing van de compensatie niet in werking te laten treden per 1 april 2020.

De minister gaat in zijn brief ook in op het arrest waarin de Hoge Raad heeft geoordeeld dat de werkgever verplicht is om een slapend dienstverband op verzoek van de werknemer te beëindigen. Volgens de Hoge Raad is de werkgever op grond van goed werkgeverschap in beginsel verplicht om de werknemer dan een vergoeding te betalen ter hoogte van de transitievergoeding zoals die verschuldigd zou zijn bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst na 104 weken arbeidsongeschiktheid. De minister is van mening dat de wet de ruimte biedt om ook in deze gevallen van beëindiging met wederzijds goedvinden de transitievergoeding te compenseren. Met het UWV is afgesproken dat ook in deze situaties de compensatie zal worden betaald.

Door de invoering van de Wet arbeidsmarkt in balans verandert per 1 januari 2020 de opbouw van de transitievergoeding. Voor de compensatieregeling is overgangsrecht van toepassing als het einde van de 104 weken ziekte vóór 1 januari 2020 ligt en de procedure tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst na 1 januari 2020 start. In die gevallen wordt de compensatie berekend volgens de nieuwe methode van berekening van de transitievergoeding. Om in aanmerking te komen voor compensatie ter hoogte van de oude berekening dient de werkgever de procedure tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst dus voor 1 januari 2020 te starten of voor die datum met de werknemer tot overeenstemming te zijn gekomen. De daadwerkelijke beëindigingsdatum kan na 1 januari 2020 liggen.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken | publicatie | 2019-0000180798 | 19-12-2019